Fokwieken zijn uitgevonden door ir. Fauel in het begin van de veertiger jaren. Hij werd daarbij geïnspireerd door het fokzeil van een zeilboot: die brengt een luchtstroming achter het grootzeil teweeg waardoor een onderdruk achter dat zeil ontstaat, die een trekkende werking op het zeil uitoefent. Op dezelfde manier ontstaat door het plaatsen van houten fokken voor de wieken een luchtstroom achter het molenzeil die de trekkracht van de wiek vergroot. De vorm van de fokwieken is afgekeken van het vleugelprofiel van Dakota-vliegtuigen. Door de fokwieken kan de molen al bij een veel lagere windkracht draaien dan bij klassieke wieken.
De wieken
De wieken hebben een vlucht van bijna 26,5 m, ook dit is voor Noord-Holland een record. De wieken zelf zijn 13,25 m lang. Als de kap op de molen staat is het geheel 15,60 m hoog en met de wieken in maximale stand wordt een hoogte van 27 m bereikt, omdat de askop op 13,75 m hoogte staat.